fantasieverhalen, waarin naast sprookjesfiguren (heksen, prinsen/prinsessen, reuzen, draken) ook eigentijdse elementen een rol spelen (koelkast, diepvriezer, radio, plastic) terwijl in één verhaal, dat zich beurtelings in de hemel en op aarde afspeelt een engeltje de hoofdrol vervult en tevens vader God voorkomt. Deze plastische voorstelling kan in strengere prot.-chr. gezindten als stuitend worden ervaren, maar, en dat geldt voor alle verhalen, de humor is altijd mild, gaat soms over in ironie, maar zij wordt nooit spottend of bijtend. Op de pastelkleurige omslag van deze pocketeditie prijkt een aantal hoofdfiguren uit de verhalen, terwijl zachte potloodtekeningen van verschillende grootte het boek juist en leuk verluchten. Waren de illustraties vroeger vooral humoristisch, nu zijn ze fijntjes en subtiel. De schrijfstijl is aangepast aan het soort verhaal.
