Een a-typische roman over een ontspoorde familie waarin de leden niet met elkaar, maar ook niet zonder elkaar kunnen leven. De spil van de familie is oom Sam, die onbeholpen naar liefde zoekt.
'De geschiedenis van een in alle opzichten uitzonderlijke familie.'
De charismatische oplichter Sam keert na twintig jaar afwezigheid terug uit het buitenland om conflicten met zijn zoon voorgoed op te lossen. Die confrontatie loopt uit op een drama. Familieleden die het gewend zijn te sjoemelen met hun gevoelens worden gedwongen opnieuw naar zichzelf en hun onderlinge relaties te kijken.
Alleen de eenzamen gaat over complexe familiedynamieken. Trots, schaamte en schuldgevoel zorgen ervoor dat liefde wordt gedwarsboomd. Ieder familielid neem in dit boek het woord. Daardoor ontstaat er een verscheidenheid aan inzichten over hoe we ons verhouden tot diegenen die het dichtst bij ons staan en die we vaak het hardst van ons afduwen, met eenzaamheid als gevolg. Het verlangen naar en angst voor de liefde zijn in een voortdurend gevecht met elkaar.
