Vanochtend is een unieke rechtszaak begonnen, waar ook vanuit het buitenland veel interesse voor is. Want voor het eerst wordt via de rechter geprobeerd om een olieconcern, in dit geval Shell, milieuvriendelijker te maken en veel sneller te laten stoppen met olie en gas. De zaak draait om de vraag of Shell moedwillig mensen in gevaar heeft gebracht door te weinig tegen klimaatverandering te doen.
Lang leken dit soort klimaat-rechtszaken kansloos, maar na de spraakmakende Urgenda-zaak zou het zomaar eens kunnen dat de eisers aan het langste eind trekken. In podcast De Dag vertelt jurist Laura Burgers, die vorige maand op een proefschrift over klimaatzaken promoveerde, waarom de kansen van milieuorganisaties groter zijn geworden. Wat deze zaak bijzonder maakt is de eis, zegt Burgers. Er wordt geen schadevergoeding of geld van Shell geëist voor schade die in het verleden is veroorzaakt, maar de eis is dat het bedrijf in de toekomst meer gaat doen om internationale klimaatdoelen te halen. Dat maakt volgens haar de kans dat de eisers gelijk krijgen, groter.