Zij, die, De Schippers van de Kameleon en, Kameleon, Ahoy!' gelezen hebben, weten al wat dat voor een vreemd bootje is, waarmee Sietse en Hielke Klinkhamer, de zoontjes van een goedmoedige dorpssmid, varen. Met het bootje waarin Klinkhamer een oude motor heeft gemonteerd, hebben de jongens en hun vriendje Cor al heel wat avonturen beleefd. Het zijn een paar rakkers en daar weet Gerben, de boerenknecht, maar vooral Zwart, de dorpsveldwachter, veel over te vertellen. Ook nu gebeurt er weer van alles wat, het 25-jarig jubileum van de smederij, de viswedstrijd, waarbij Gerben een zonderlinge snoek ophaalt, de vakantietocht met de vee-praam onder leiding van Gerben naar de zeilwedstrijden in Krooswijk, de snelheidswedstrijd voor motorboten, waarbij de Kameleon tot verrassing van iedereen de prijs weghaalt en zo meer. Het hoogtepunt vormt wel de grote najaarsstorm, waarbij de polderdijk, door mollen ondermijnd, bezwijkt. Nu blijkt alweer, dat de jongens uit ’t goede hout zijn gesneden, want ze redden met hun platte boot het vee uit het verdronken land. Geen wonder, dat alles, ondanks hun guitenstreken, best afloopt en zij met hun trouwe ‚Kameleon’ de held zijn van de dag.
