Josijne Boon is een eenvoudig meisje. Haar vader levert meekrap aan de fabriek van van Steen. Ze raakt verliefd op de zoon Isaac. Ondanks dat zijn begeerten uitgaan naar de verleidelijke Joanna kan Isaac zich niet losmaken van de boerenmeid Josijne. Joanna, die uit is op macht en geld, gaat niets te ver om haar doel te bereiken. Met haar charmes heeft ze een seksuele aantrekkingskracht op Isaac, die ze op een niets ontziende manier uitspeelt. Isaac weet niet te kiezen…Wanneer de pest uitbreekt betreden Josijne en Joanna, als novice, het klooster Paradisus Mariae. Dit is een begin van een strijd die verschrikkelijke gevolgen zal hebben.