Roelf is een communistenzoon uit een stug nest in Oost-Groningen, die net zijn HBSdiploma heeft gehaald. Hij houdt van de kosmonaut Gagarin en van het meisje Pip, maar Pips vader is een herenboer en VVDer, en dus een klassenvijand. Roelf en Pip beleven niettemin een stormachtige affaire, tot hun vaders in de gemeenteraad met elkaar op de vuist gaan. Dan ontvangt Roelf onverwacht een mysterieuze uitnodiging om naar Moskou te komen omer de vijftigste verjaardag van de Revolutie te vieren. Daar loopt alles anders dan verwacht. Roelf maakt deel uit van een Programma, en hoe meer hij eronderuit probeert te komen, hoe meer hij erin verstrikt raakt, tot hij uiteindelijk de greep op zijn leven dreigt te verliezen.
In beeldende taal en met een geweldig gevoel voor timing weet Roeters een wereld op te roepen die fascineert en ontroert. Gagarins engelen is een coming-of-age-roman die een indringend tijdsbeeld geeft van de jaren zestig in Nederland en Rusland. Een boek over angst, liefde, eenzaamheid en trouw, en vooral over vaders en zonen.'
