Pietro is veertien en lijdt aan het syndroom van Asperger. Het is voor
hem moeilijk om met de buitenwereld te communiceren, maar in zijn tekeningen beeldt hij alles uit wat hij ziet, met veel oog voor detail. Hij vormt een gemakkelijk doelwit voor de jongens in zijn dorp. Vlak nadat Pietro weer eens is gepest, verdwijnt een van de pestkoppen.
Een paar dagen later verdwijnen er nog meer jongens van het groepje, evenals Pietro's broer. Wanneer Alice, Pietro's lerares, hem vraagt een tekening te maken van wat er voorgevallen is, ziet ze een veronntrustend detail: op de tekening staat een oude man, in het zwart gekleed, met witte schoenen en een wandelstok. Alice kent deze oude man goed: hij komt voor in haar nachtmerries, het is de verslinder.