De vader van Narous is een schatrijke, koopzieke sjeik. Op een dag kondigt hij aan dat hij een dierentuin wil aanschaffen. Voor de moeder van Narous is de maat vol. Ze sluit een weddenschap met hem af: als hij honderd dagen als een gewoon mens kan leven, mag hij zijn dierentuin kopen. En dus vertrekt het gezin naar een gewoon huis met maar één bediende. Voor Narous en haar zus verandert alles. Ze gaan ineens naar school, eten friet en spelen met andere kinderen. Narous vindt het gewone leven geweldig, maar de honderd dagen gaan snel voorbij…
