Rhodé heeft lieve, betrokken ouders die altijd voor anderen klaar staan. Door hun verstandelijke beperking kunnen ze echter niet goed voor hun eigen gezin zorgen.
Daarom neemt Rhodé steeds meer de zorg voor haar zusjes en ouders op zich. Dat haar thuissituatie anders is dan bij anderen, weet ze heel goed. Ze houdt veel van haar ouders en tegelijkertijd schaamt ze zich voor hen.
Gelukkig heeft Rhodé fijne vriendinnen. Met haar vriendin Madelief doet ze veel leuke dingen. Tijdens het schoolkamp geniet ze van het kanoën, de puzzeltocht en andere activiteiten. Bovendien leert ze hier Romy kennen, met wie ze een waardevolle vriendschap sluit.
Maar als Rhodé thuis een stapel ongeopende enveloppen vindt, wordt alles haar te veel. Wat moet ze nu doen?