Als zijn ouders na de vliegramp van Biak in 1957 worden vermist, wordt de dan negentienjarige Herman Hazelaar liefdevol opgenomen door zijn flamboyante oom Oscar, een niet onbemiddelde vrijgezel. Herman groeit uit tot zijn persoonlijke assistent. In 1960 neemt oom Oscar hem mee op een rondreis door Sicilië.
In Palermo ontmoeten zij de bevallige Antonella Antonini, een onderzoeksjournaliste van het dagblad L'Ora. Door haar artikelen over de Cosa Nostra wordt zij met de dood bedreigd. Antonella is gecharmeerd van Oscars droge humor en mede door de spanning waaraan zij blootstaat, gaat zij al snel op zoek naar zijn volle aandacht. Een trip met een luxe jacht op de Middellandse Zee pakt zij met beide handen aan om met
Oscar en Herman Sicilië te ontvluchten.